Ga naar de inhoud

Over

De revolutie van 1979 in Iran keerde binnen korte tijd het natuurlijke verloop van de sociale en politieke ontwikkelingen in het land volledig om. Wat ooit begon met de roep naar politieke hervormingen, gelijkheid, rechtvaardigheid en meer vrijheid, veranderde al snel in een storm die meer verwoestte dan opbouwde. Na deze revolutie kwam Iran in een machtsvacuüm en een gewelddadige machtsstrijd terecht, waarin de islamisten onder de leiding van Ayatollah Ruhollah Khomeini met geweld de macht grepen en Iran in een theocratische hel transformeerden, geregeerd door de doctrine van de Opperste Religieuze Leider en de Islamitische Republiek.
Dit regime draagt de naam ‘republiek’ slechts als een lege titel, en de oprichters daarvan hadden weinig kennis of begrip van macht, politiek en bestuur. Zij brachten niet alleen ernstige schade toe aan het leven en bezit van de burgers, maar ook aan de economie, de politiek, de reputatie van het land en zelfs aan het geloof van de mensen. Ook hebben zij de sociale en persoonlijke vrijheden die de bevolking vóór de revolutie van 1979 genoot, onder het mom van islamisering afgenomen. Vooral vrouwen in Iran worden dagelijks onderworpen aan onderdrukking, en verouderde religieuze wetten worden met geweld aan iedereen opgelegd.
De Iraanse Revolutie en de Islamitische Republiek zijn een duidelijk voorbeeld van de fatale combinatie van een niet hervormde religie, extreemlinkse, Marxistische ideologieën en patriarchaat. Persoonlijk durf ik zelfs te beweren dat de uiteindelijke doelen van de revolutie van 1979 in Iran niet die van de fraaie leuzen over vrijheid en rechtvaardigheid waren, maar eerder de machtslust en het machtsvertoon van de revolutionairen.
Het regime dat na 1979 in Iran aan de macht kwam, keerde zich niet alleen tegen Iran, de Iraanse identiteit en oude beschaving, nationaliteit en moderniteit, maar koos vanaf het begin ook voor een agressieve houding en raakte verwikkeld in interne en externe conflicten. Het regime prees de export van de sjiitische revolutie aan, stelde zich vijandig op tegenover niet moslims, andere moslim-stromingen, Israël, het Westen en andersdenkenden, en creëerde militante en gewapende groepen in de regio. Vijandigheid tegenover het Westen, Israël, en vrouwen – zichtbaar in de verplichte hijab en de ongelijke rechten voor vrouwen – zijn de fundamenten van dit regime en hebben in de afgelopen vier decennia voor talloze problemen voor Iran gezorgd. Deze revolutie leidde tot de dood van duizenden en gedwongen emigratie en ballingschap van miljoenen Iraniërs, tot op de dag van vandaag.
Ik ben ook van mening dat het gedrag van de Islamitische Republiek in Iran na de revolutie de regio in een andere dynamiek stortte. Een dynamiek die, in plaats van de bestaande conflicten te verlichten, er juist voor zorgde dat ze verergerden; de betrokken partijen werden wantrouwiger en gewelddadiger tegenover elkaar, en er kwamen geen tastbare oplossingen. Door de opkomst van het nieuwe regime veranderde de rol van Iran, van een potentieel betrokken en helpend buurland, in een negatieve kracht in de gehele situatie.

Dit verhaal was een poging van mij, de auteur, om vanuit mijn verbeelding te laten zien wat wij in Iran en onze regio hadden kunnen bereiken als die allesverwoestende revolutie niet had plaatsgevonden, en Iran en de regio niet waren gevangen in een mix van extremisme, extreemlinkse ideologie, wantrouwen en vijandigheid. Ik geloof dat zonder die revolutie, Iran een natuurlijke en progressieve koers had kunnen volgen, zoals de rest van de moderne wereld. Het land had niet alleen de noodzakelijke politieke en sociale hervormingen kunnen doorvoeren, maar had ook één van de eerste democratische en vrije landen in het Midden-Oosten kunnen worden.
Tegelijk hoop ik dat het voor de lezer duidelijk is dat zelfs in een dergelijke wereld het gevaar van radicalisme en extremisme zal blijven bestaan. Deze groepen zullen hun koers niet zomaar wijzigen en zullen er alles aan doen om de macht te grijpen, omdat ze er heilig in geloven dat ze rechtvaardig en benadeeld zijn, terwijl ze anderen als onwetenden, vijanden en afvalligen zien.
Tot slot, hoewel het verhaal dramatisch is, wil ik de lezer met het open einde de vrijheid geven om, gewapend met de kennis van onze huidige wereld, te fantaseren en te reflecteren over de toekomst van de overgebleven personages. Dit open einde kan leiden naar een vreedzame, harmonieuze en welvarende regio, zolang men zich daarvoor blijft inzetten. Maar het kan ook  een weerspiegeling van onze huidige wereld worden. Als de hoofdrolspelers – de actoren in de regio – niet waakzaam zijn en zichzelf verliezen in vooroordelen, arrogantie, geheimzinnigheid, nalatigheid en extremisme, dan zal zo’n toekomst werkelijkheid worden, en zal hun lot vergelijkbaar zijn met dat van onze huidige wereld: conflicten, verdeeldheid, haat, oorlog en wreedheden in die regio.

                                                                       Anahita Spenta, december 2024